Je zit er natuurlijk helemaal niet op te wachten, een blessure of een ongeluk. Toch zijn er elk jaar weer mensen bij wie de wintersport iets minder goed uitpakt. Even iets te hard en ongecontroleerd de bocht door, een drankje teveel op of gewoon domme pech. Allemaal ontzettend vervelend. Het liefst doe je dan alsof er niets gebeurd is: ‘morgen gaat het wel weer.’ En vervolgens ski je half kreupel door. Tenminste dat heb ik vaak gedaan… Maar is dat nou echt handig? Wat moet je nou eigenlijk doen als er iets gebeurd.
#1. Regel je verzekering
Voor je uit Nederland vertrekt zorg je ervoor dat je goed verzekerd bent. Iedereen heeft wel een ziektekosten verzekering. Maar weet jij ook wat deze precies dekt in het buitenland? Ben je vrij om je eigen dokter of ziekenhuis te kiezen? En dekt je (reis)verzekering ook wintersporten? Als jij ergens van een piste gered moet worden met een gebroken been dan kost dat al snel handen vol geld. Laat staan als er een helikopter aan te pas moet komen.
#2. Neem je pasje mee
Als je gaat skiën is het dus handig om je verzekeringspasje op zak te hebben. Als er wat gebeurt kan je niet eerst nog eens naar je appartement om het pasje te gaan zoeken. Je hoopt het nooit nodig te hebben maar steek het toch maar bij je.
#3. Noteer de contactgegevens van de ander
Je bent verplicht om legitimatie bij je te dragen. Neem dus altijd je paspoort of ID-kaart mee. Dat geldt voor iedereen. Als jij, of iemand uit je groep, door een ander wordt aangeskied is het verstandig om de naam en contactgegevens van de ander te vragen en eventueel dus ook het paspoort.
#4. Let op de veiligheid
Lig je midden op de piste en kan je gewoon een stukje bewegen dan is het handig om aan de zijkant van de piste te gaan zitten. Is het nou erger en kun je niet verplaatsen (neem niet het risico, als het niet gaat dan gaat het niet!) dan moet iemand ervoor zorgen dat alle andere skiërs afremmen en opletten. Dit doe je door boven degene die in de sneeuw ligt een kruis te maken, met je ski’s of skistokken. Op die manier is het goed zichtbaar dat er een ongeluk is gebeurd.
#5. Wacht op de pistedienst
Twijfel je of je verder kunt skiën? Laat in dat geval de pistedienst je naar beneden brengen. Het telefoonnummer staat meestal op de pistekaart. Het is niet leuk in zo’n banaan of achter op de sneeuwscooter. Maar, het zou jammer zijn als je als brokkenpiloot naar beneden gaat en nog meer kapot maakt. En stiekem had je altijd al eens op zo’n sneeuwscooter willen rijden, toch?
#6. Laat je rijden
Laat je vervolgens door een ambulance naar het ziekenhuis rijden. Ik weet niet of dat overal opgaat, maar in Oostenrijk worden de mensen uit de ambulance snel geholpen. Je komt een eerste hulp binnen vol mensen, maar bent snel aan de beurt. Ga je op eigen houtje naar de eerste hulp, dan moet je lang wachten.
#7. Wacht niet tot je thuis bent
Je denkt het valt wel mee, maar wat als het niet mee valt? Het lijkt fijner om thuis naar je eigen dokter te gaan. Maar bedenk dat in een Alpenland de meeste ski-ongelukken gebeuren. De ziekenhuizen, de dokters en de eerste hulp worden overlopen door specifieke ski ongelukken (of après-ski). Daar weten ze dus alles van af. Ga dus vooral daar direct naar een arts. Dan weet je meteen of je beter rust kunt houden of dat je morgen nog wel een tochtje kunt proberen.
Tip 8: Bel je verzekering
Als je naar een ziekenhuis toe wordt gebracht is het wel altijd zaak even op te letten waar je naar toe gaat. Naast de reguliere ziekenhuizen zijn er allerlei privéklinieken die jouw verzekering wellicht niet dekt. In de ambulance wordt vaak ook al je verzekeringspas gevraagd. Bij twijfel is het handig om nu contact op te nemen met je verzekering.
Tip 9: Lekker naar huis
Ben je eenmaal behandeld is vaak de (eerste) pijn wel weg. Maar hoe kom je nu thuis? De gipsvlucht bestaat helaas niet meer. Maar je verzekering zal zijn best doen om je naar huis te krijgen. Dat kan met een taxi, een ambulance of een gewone lijnvlucht. Of als het allemaal wel mee blijkt te vallen kan je natuurlijk gewoon met de rest mee naar huis.
Over Joanne
Joanne gaat het liefst zo vaak mogelijk naar buiten, de natuur in en het liefst naar de bergen. Qua skiën is ze een laatbloeier, maar ze heeft de 'schade' ruimschoots ingehaald. Inmiddels geeft ze skiles, zodat ze in de winter nog meer in de bergen kan zijn.