Foto: © Zillertal Tourismus GmbH, Simon Hausberger
Het Zillertal is al jaren één van de populairste bestemmingen van Oostenrijk. Er liggen hier maar liefst 515 uitstekend geprepareerde pistekilometers op je te wachten. Om al deze pistes in topconditie te kunnen houden, wordt er gebruik gemaakt van technische sneeuw. Dankzij de nieuwste technologie en een berg aan knowhow produceert men hier de perfecte technische sneeuw. In de herfst wordt begonnen met de productie om op 2 december het skigebied te kunnen openen. In dit weblog vind je antwoorden op de belangrijkste vragen over de productie van technische sneeuw in het Zillertal.
#1. Hoe wordt technische sneeuw gemaakt?
Door water heel fijn te vernevelen en in de lucht te spuiten via sneeuwkanonnen of lansen. Wanneer deze druppeltjes naar beneden vallen, bevriezen ze tot sneeuwkristallen.
#2. Welke omstandigheden zijn nodig voor het maken van technische sneeuw?
De ideale condities voor het maken van technische sneeuw zijn droge lucht en temperaturen ver onder nul. Temperatuur en luchtvochtigheid (natteboltemperatuur) bepalen samen of er wel of geen sneeuw gemaakt kan worden.
#3. Wat voor water wordt er in het Zillertal gebruikt?
In het Zillertal wordt er alleen drinkwater gebruikt voor de productie van technische sneeuw. Er worden geen schadelijke stoffen aan het water toegevoegd. Het gebruikte water wordt in koeltorens afgekoeld tot 0,5 graden Celsius. Hierdoor kunnen de sneeuwkanonnen efficiënter sneeuw maken en wordt er meer sneeuw geproduceerd. Het water is afkomstig uit speciaal aangelegde stuwmeren.
4. Waarom voelt technische sneeuw anders aan als natuursneeuw?
Door het verschil in dichtheid voelt een piste met technische sneeuw anders aan dan een piste met natuursneeuw. Een kubieke meter natuursneeuw weegt tussen de 40 en 12 kilo, technische sneeuw kan 360 tot 400 kilo wegen. De dichtheid is dus wel vijf tot tien keer hoger!
#5. Hoe krijg je een perfecte piste?
Met een mix van natuurlijke en technische sneeuw kan een piste optimaal worden geprepareerd. De pistenbully’s prepareren de pistes dagelijks, waardoor deze er het hele seizoen perfect bij liggen. Door middel van de snowfinisher (frees) op de pistenbully, wordt de technische sneeuw gemengd met de natuurlijke sneeuw. Tegelijkertijd wordt de sneeuw geëgaliseerd, platgedrukt en geribbeld.
#6. Is de kwaliteit van technische sneeuw altijd hetzelfde?
De kwaliteit van technische sneeuw is uit te drukken in 10 niveaus. Sneeuw van niveau 9 of 10 is zeer nat, terwijl niveau 1 en 2 zeer droog zijn. Om een perfect geprepareerde piste te krijgen is niveau 5 ideaal.
Foto: © Zillertal Tourismus GmbH, Julia Rotter
#7. Hoe langt duurt het om het Zillertal technisch te besneeuwen?
De pistendienst van het Zillertal streeft naar 70 tot 100 uur (vier tot zes dagen) voor de sneeuwproductie van een basislaag op de pistes.
#8. Hoeveel sneeuw is nodig om te kunnen skiën?
Dit is afhankelijk van factoren als de ligging en de hellingsgraad. Voor een glooiende, blauwe piste op het noorden is 40 centimeter sneeuw al genoeg om te kunnen skiën. Een steile zwarte piste die vol in de zon ligt, heeft een veel dikkere sneeuwlaag nodig.
#9. Hoe meet men de dikte van de sneeuwlaag?
Pistenbully’s zijn tegenwoordig voorzien van GPS-apparatuur om de afstand tussen het voertuig en de ondergrond te kunnen meten. Op deze manier kan precies bepaald worden hoe dik de sneeuwlaag is. Aan de hand van deze gegevens kan er worden besloten om specifieke plekken extra te besneeuwen.
#10. Wat voor soorten sneeuwkanonnen zijn er?
In het Zillertal wordt gebruik gemaakt van lansen en (mobiele) sneeuwkanonnen. Lansen zijn zeer doelgericht en efficiënt, ze slingeren de druppeltjes niet de lucht in, maar spuiten ze tot een hoogte van 9,5 meter op. Sneeuwkanonnen slingeren de druppeltjes ver in de omgeving en worden ingezet bij brede pistes en wind. Dit type sneeuwkanon kan ook op een pistenbully worden bevestigd en mobiel worden ingezet.
Klik hier voor meer informatie over een wintersport in het Zillertal >
Foto: © Zillertal Tourismus GmbH, Andre Schönherr
Over Thijs
Tijdens de wintersport staat Thijs het liefst ’s ochtends als eerste bij de lift en komt hij als laatste weer beneden. Tussendoor is er altijd tijd voor een goede Apfelstrudel of Schnitzel. Ook de après-ski slaat hij niet over.