Skitechniek: tips voor skiën door papsneeuw

Skiën door papsneeuw, met hoge bulten

Iedereen die wel eens in het voorjaar op wintersport is geweest, kent het fenomeen ‘papsneeuw’. 's Ochtends vroeg zijn de strak geprepareerde pistes nog lekker hard, maar rond het middaguur liggen ze er al snel bij als mijnenvelden met hoge bulten natte sneeuw. Het lijkt wel alsof je ski's in de sneeuw happen, niet meer willen glijden en je skitechniek je compleet in de steek laat. Geen pretje! Zeker niet als je al onzeker op je ski's staat of je benen flink moe zijn van een fanatieke ochtend op de latten. Pistes met papsneeuw en bulten ontstaan doordat we de bovenlaag van de piste afschrapen. Deze hecht vervolgens niet meer aan de piste, waardoor er bulten ontstaan. Dit type sneeuw geeft een totaal andere ski-ervaring en opeens is het hard werken geblazen. Hoe overleef je skiën met papsneeuw? Wanneer je met een aantal zaken rekening houdt, ski je voortaan een stuk zelfverzekerder. Hieronder een aantal tips.

• Lees ook: fijne skigebieden voor een wintersport in de lente

1. Houd je lichaam in balans

Het wordt een beetje eentonig, bij ieder stukje over skitechniek lees je wéér dat je door je knieën moet. En, je raadt het al, ook in de papsneeuw is dit erg belangrijk. Door je enkels, knieën en heupen te buigen, verlaag je je zwaartepunt en kun je gemakkelijker je balans bewaren. Sta je te rechtop, dan zal je bij de eerste bult slush al snel uit balans raken. Zorg ervoor dat je goed centraal op je ski's staat; dus druk op je hele voetzool. Alles over de basishouding ›

2. Houd druk op beide ski’s

Zorg ervoor dat je goed druk houdt op beide ski's. Zo voorkom je dat één ski in de sneeuw kan blijven 'hangen'. Houd je ski's iets dichter bij elkaar dan normaal, zo ploeg je makkelijker door de papsneeuw.

3. Skipunten richting dal

Houd tijdens de afdaling de punten van je ski's meer in de vallijn om je snelheid te behouden. Als je je ski's schuin de berg afstuurt, heb je te weinig snelheid om bochten te maken. Ski's naar beneden dus, snelheid maken en vervolgens je bochten inzetten.

4. Maak niet te scherpe bochten

Door de weerstand van de zware sneeuw is het belangrijk niet te scherpe bochten te maken. Rutsch niet te veel weg met de achterkant van je ski's, zodat je dwars op de berg komt te staan. Je remt dan namelijk te veel af, waardoor je geen snelheid kan maken voor de volgende bocht.

5. Maak voldoende snelheid

Veel mensen gaan door angst langzaam skiën door de papsneeuw, terwijl het draaien een stuk makkelijker gaat als je een beetje snelheid houdt. Ga dus één tandje sneller dan dat je normaal gesproken zou doen. Dit vergt echter wel wat spierkracht, maar je zal zien dat je een stuk soepeler door de papsneeuw skiet. Bovendien remt de sneeuw je zoveel af, dat je uiteindelijk met dezelfde snelheid afdaalt. En merk je dat je benen moe worden? Pauzeer dan iets vaker en koers af en toe even naar de zijkant van de piste om bij te komen.

Kortom, denk goed aan je houding, gebruik wax voor warm weer en geef een beetje meer gas in de slush. Succes!